Het nog redelijk onbekende Asturias in het noordwesten van Spanje is misschien wel het bestbewaarde geheim van de Spanjaarden zelf. Het gebied wordt aan de oostkant begrensd door het gebergte Picos de Europa. Aan de voet van het gebergte zijn diverse dorpjes te vinden waar nog oude ambachten beoefend worden. ‘Asturias is een waar natuurparadijs en openluchtmuseum, klaar om ontdekt te worden’, zegt Ignacio Valle, directeur van het Spaans verkeersbureau. De natuur en de kleine dorpen lenen zich volgens hem uitstekend voor ‘slow tourism’.Asturias is een van de 17 autonome regio’s van Spanje. Het heeft een bijzondere positie in de Spaanse geschiedenis. Asturias was het enige christelijke gebied toen de rest van Spanje in de middeleeuwen Moors bezit was. Het is dus altijd Spaans gebleven.De regio beschikt naast een prachtige natuur over werelderfgoed van UNESCO. Bekende steden zijn hoofdstad Oviedo (225.000 inwoners), die een kleine 30 kilometer landinwaarts ligt, en de havensteden Avilés (84.000 inwoners) en Gijón (280.000 inwoners).Een opvallend gebouw in Oviedo is de kathedraal die dateert uit de negende eeuw, bekend om zijn gotische en barokke architectuur. En wat gezelligheid betreft: die is er volop. Oviedo heeft een levendige sfeer. Het historische centrum van de stad met zijn smalle straatjes, pleinen en autovrije zones nodigt uit om te wandelen, de sfeer te proeven en de vele cafés, restaurants en ciderhuizen te bezoeken.Naast een rijke culturele geschiedenis beschikt Asturias ook over een groot culinair erfgoed. Een bekend traditioneel gerecht is de fabada, een stoofpot met bonen en verschillende soorten worst. De regio staat ook bekend om zijn cidertraditie, met tal van ciderhuizen waar bezoekers uiteraard de lokale cider kunnen proeven.

Asturias leent zich uitstekend voor slow tourism